Hoe maak je een kabelberekening?

Een correcte sectieberekening houdt rekening met zowel de benodigde stroomsterkte als met correctiefactoren. Waarom? De nabijheid van andere energiekabels en installatiefactoren beïnvloeden de opwarming van de kabel. Daarom moeten de nominale waarden qua belasting worden gecombineerd met de verschillende correctiefactoren om de maximale belasting van de kabel aan de reële situatie aan te passen. Denk eraan dat afhankelijk van de concrete plaatsingsomstandigheden, meerdere correctiefactoren van toepassing kunnen zijn.

Wat is de nominale stroomsterkte van een kabel?

De maximaal toegelaten stroomsterkte - ook aangeduid met Iz  en soms ook wel Imax - die op de technische fiches staat, is berekend voor de volgende standaardomstandigheden:

Plaatsing in de grond:

• Bodemtemperatuur: 20°C
• Plaatsingsdiepte: 70 cm
• Aantal kabels/systemen: 1, zonder andere kabels in de nabijheid.
• Plaatsing in klaverblad voor monogeleidersystemen.

Plaatsing in open lucht:

• Omgevingstemperatuur: 30°C
• Plaatsing op een open en geperforeerde kabelgoot
• Aantal kabels/systemen: 1, zonder andere kabels in de nabijheid (niet in bundel of laag)
• Voor monogeleiders XGB, XVB en EXVB op basis van 3 geleiders in klaverblad
• Voor H07Z1-U & -R en H07V-U & -R op basis van 3 geleiders in buis, ingewerkt in een muur.

In alle andere installatieomstandigheden moet je correctiefactoren toepassen. Gebruik hiervoor de tabellen.

Hoe pas je correctiefactoren toe? Een voorbeeld

Je hebt hiervoor de tabellen met de correctiefactoren nodig. 

Stel als concrete situatie:

• Benodigde stroom = 125 A
• Soort net: 3 fasen + aarding
• Spanning: 400 V
• Kabeltype: XVB Cca
• Lengte = 15 m
• Bijzonderheden van de plaatsing: de kabel wordt geïnstalleerd op een goed verluchte kabelladder, waarop ook nog 2 andere voedingskabels liggen. De kabel is geïnstalleerd in een ruimte waar de omgevingstemperatuur regelmatig oploopt tot 40°C.

Toepassing van de correctiefactoren:

Op de technische fiche zie je dat XVB 4G25 mm² een Iz heeft van 127 A in standaardomstandigheden. Maar is dit voldoende om in deze installatieomstandigheden de vereiste stroom van 125 A door te geven? Je moet nu die benodigde stroom delen door de correctiefactoren die van toepassing zijn op de concrete installatiewijze & -plaats:

A. In het geval dat de kabels aaneensluitend (in bundel) liggen:

• Correctie omwille van de verhoogde omgevingstemperatuur: 125 A / 0,91 = 137,4 A
• Correctie omwille van aaneensluitende kabels in de nabijheid: 137,4 A / 0,8 = 171,8 A
• Conclusie: je moet een sectie nemen waarvan de Iz hoger is dan deze 171,8 A of in dit geval een XVB 4G50 mm² (waarvan Iz = 192 A).

B. In het geval dat de kabels uiteen (niet in bundel of laag) liggen:

• Correctie omwille van de verhoogde omgevingstemperatuur: 125 A / 0,91 = 137,4 A
• Correctie omwille van kabels in nabijheid die verder uiteen liggen: 137,4 A / 0,96 = 143,2 A
• Conclusie: je moet een sectie nemen waarvan de Iz hoger is dan deze 143,2 A dus in dit geval een XVB 4G35 mm² (waarvan Iz = 157 A).